Ooit gehoord van de term ‘Wâldpiken’? De Noardlike Fryske Wâlden is misschien wel het mooiste deel van Friesland, waar de echte Wâldpiken wonen. Een Wâldpyk is een Fries die over net iets meer temperament beschikt dan de kalme, nuchtere doorsnee Fries. Geboren en getogen in Oudega ben ook ik een Wâldpyk, maar dan een iets koudbloedigere variant.
Voor de raszuivere Wâldpiken moet je in Houtigehage, Harkema en Boelenslaan zijn. En laat die laatste nou net onze nieuwe woonplaats worden. Afgelopen vrijdag hebben we de sleutel gekregen van ons nieuwe huis in Boelenslaan. In het bos van Boelenslaan, om exact te zijn. Rondom onze woning staan bomen zover je kunt zien. Het huis is uitsluitend bereikbaar via een zandpad, waar we meteen verliefd op werden tijdens ons eerste fietstochtje. Kortom: dit is ons droomplek.
Maar iedere keer wanneer ik vertel dat we gaan verhuizen naar Boelenslaan, kijken mensen me aan alsof ik niet helemaal lekker ben. “Hoe kom je daar nou weer terecht?”, is standaard de eerste vraag. Het antwoord is simpel: omdat ons droomhuis daar staat. Om eerlijk te zijn, ken ik Boelenslaan verder niet. We hebben geen grondig vooronderzoek gedaan naar onze nieuwe woonplek.
De enige herinnering die ik aan Boelenslaan heb, is een korfbalwedstrijd met de midweek een jaar of tien geleden. Op een woensdagavond reden we naar het sportveld van KV Boelenslaan. Daar aangekomen, bleek de gemeente het veld al onder handen te hebben genomen. De gemeentewerkers van de groenafdeling waren van mening dat het korfbalseizoen er toch zo langzamerhand wel op zou zitten en hadden de mooie groene grasmat omgetoverd tot een modderig maanlandschap.
Niets aan te doen. Maar een inwoner van Boelenslaan gaat niet zo snel bij de pakken neerzitten. Al snel kwam er iemand met een lumineus idee. Op steenworpafstand was nog een stuk land, waar we ook prima konden spelen. Dat er op dat moment een kudde schapen in het weiland liep te grazen, mocht de pret niet drukken. Even met een emmertje vol bix rammelen en klaar was kees.
Terwijl de één met de bixemmer liep, sjouwden twee anderen met de korfbalpalen langs de weg. Ook het scorebord werd onder de arm genomen en zo liepen we in optocht naar het nieuwe speelveld. “Oh ja”, riep iemand toen we de lijnen uitzetten, “hier en daar zitten wel wat greppels. En let ook op de schapenstront.” Een uurtje later dan gepland begon de wedstrijd. Ik heb geen idee meer of we hebben gewonnen of verloren, maar het was fantastisch. Korfballen in een weiland met schapen. Ik hou er wel van. Geen gezeur over de gemeente of gejengel over een inhaalwedstrijd: nee, denken in oplossingen.
De tijd zal ons leren of er in mij een ware Wâldpyk schuilt. Het begin is in ieder geval goed, want bij de kennismaking met de nieuwe buurman, constateerde hij meteen: “Jij bent zeker de schrijver”. Tien punten. En toen wij op onze beurt vertelden dat we van plan waren een dikke boom om te zagen op de erfscheiding, begon hij te glunderen. “Omzagen, die handel.”
Ja, ik denk dat we ons wel gaan thuis voelen in Boelenslaan.
Nynke van der Zee